Het zijn examens, Mon Dieu!

DOOR STEVEN VERSCHOOT. Ik ben een optimist. There, I said it. In een simpele en misschien ietwat naïeve poging mijn gemoed hoog te houden, probeer ik voor mezelf wat krom is recht te praten. En daar blijk ik soms zelfs vrij efficiënt in – niet voor niets ben ik een rechtenstudie aangevangen. Omdat ik in een goede bui ben, wil ik dat vandaag zelfs met u delen. Of daar toch een poging toe wagen.

Geschreven door Steven Verschoot, masterstudent in de rechten.  Hij tweet via @stevenvrs

P9087155Dat de historische oorsprong van het woord ‘blok’ te maken heeft met zich afsluiten, daar heeft een van mijn voorgangers op deze blog u al attent op gemaakt. Dat het woord ‘blok’ zijn naam dus niet gestolen heeft, is u ondertussen waarschijnlijk ook al bekend. Nous, on fait l’amour, on vit la vie, jour après jour, nuit après nuit. Maar tijdens de blok even niet. Het is een opstaan, kleren aan, eten, naar ’t bureau toe gaan.

En dan begint het. Op een of andere bizarre wijze maakt het niet uit welke boeken op het bureau liggen, op welke rekenmachine men vloekt of welke notities men probeert te reconstrueren nadat de regen ongenadig is geweest voor de blauwe inkt van ’s students vulpen. De existentiële vragen, zo stelt een van mijn voorgangers op deze blog terecht, komen.

Snoeihard. Ze grijpen naar de keel, sleuren de arme student doorheen de kamer, duwen hem in zijn loopschoenen, gooien hem onder de douche. Ze nemen hem beet, en laten hem niet meer los. Zoals een pitbull. Waarbij natuurlijk opgemerkt dat ik het over de terriër heb, en niet over die Amerikaanse kletskous met zwarte zonnebril en seksistische trekjes. Ze domineren de gedachtestroom, die een schier oneindige vortex van lastige vragen verwordt. Concentreren? Er zijn belangrijker zaken in het leven. Wie ben ik? Wat doe ik hier? Wat wil ik? Waar ga ik naartoe? Waarom studeer ik als de aarde toch vergaat? Verkiezingen in aantocht! Is democratie zo belangrijk? En vrijheid dan? Vrijheid. Welke vrijheid ? Het zijn examens, Mon Dieu!

Doch misschien – en houdt u zich nu vooral stevig vast – heeft dat ook positieve kanten. Periodes van bezinning en zelfreflectie. Daar betalen mensen grof geld voor. Een student heeft geen bedevaart naar Lourdes of Compostella nodig om zichzelf te ontmoeten (al dan niet met een hamer). Een student moet niet met de fiets de Mont Ventoux beklimmen om grote inspanningen met al even grote voldoening te leveren (al dan niet met dopinggebruik). Een student hoeft niet op zijn eentje Europa rond te trekken om zichzelf te verrijken (al dan niet frauduleus).

Een student heeft twee tot drie keer per jaar zijn periode van bezinning. Het moment waarin hij zich in alle wijsheid terugtrekt van de wereld, zich existentiële vragen stelt en uitkijkt naar de zo onvolprezen vrijheid – terwijl hij tussen de chocolade en noedels ook een boek open legt. Het heeft wel iets weg van de advent naar Kerstmis. Met dat verschil, beste medestudenten, dat ons Kerstmis een (lesvrije) week duurt.

Goede moed!


Eén reactie

  1. Pingback: Examens in zicht? Zeeën van tijd. – Steven Verschoot


Reacties zijn gesloten.