Levenslang leren aan de universiteit: tussen markt en maatschappelijke missie

DOOR JORIE SOLTIC – Universiteiten worden steeds vaker aangesproken om ook na de diploma-uitreiking de poort open te houden. Levenslang leren is niet langer een nice to have, maar een maatschappelijke noodzaak. Wat betekent dat voor hun rol én hun financiering?

Geschreven door Jorie Soltic, Programmacoördinator levenslang leren bij PUC – KU Leuven Continue Reacties welkom op Jorie Soltic of via Linkedin: Jorie Soltic

Een nieuwe (kern)opdracht?

Universiteiten staan op een kruispunt als het gaat om hun rol binnen levenslang leren (ULLL). Waar hun kerntaak traditioneel lag bij onderzoek en ‘initiële’ opleidingen (bachelor- en masteronderwijs), groeit de verwachting, in een samenleving die razendsnel evolueert, dat ze ook na het initiële traject een actieve rol opnemen in bij- en herscholing. Als kennisinstellingen —  én als bewakers van kritische reflectie en wetenschappelijke integriteit — kunnen universiteiten ook hier het verschil maken.

Wie betaalt de rekening?

In tegenstelling tot het gesubsidieerde bachelor- en masteronderwijs wordt universitair levenslang leren in België — en in veel andere Europese landen — nauwelijks ondersteund met publieke middelen.[1] Die tendens bevestigt ook Eucen, de grootste Europese associatie voor University Lifelong Learning. In hun meest recent rapport (2024) stellen ze: “The financing of lifelong learning activities varies across Europe, with universities increasingly reliant on self-funding.”  Concreet betekent dit dat universiteiten hun ULLL-aanbod financieel zelfbedruipend moeten maken, vaak via inschrijvingsgelden van deelnemers.

Een belangrijke vraag is: wie draagt de kosten? In de praktijk zien we dat de financiering uit verschillende hoeken kan komen: via de deelnemer zelf, maar evengoed via een bijdrage van de werkgever. Volgens het Europese project ‘University Strategies and Business Models for Lifelong Learning’ hangt dat sterk af van de inhoud van de opleiding: “Is it likely that employers will pay the tuition because the course has a direct relevance for companies; or will it have to be paid out of the learner’s own budget because the course is more likely to be part of a personal career planning?” Onderzoek van Cabus (2020) bevestigt het belang van die werkgeversteun: er is een duidelijke positieve correlatie tussen financiering door de werkgever en deelname aan levenslang leren — een niet zo verrassende vaststelling.

Wat vraagt ‘de markt’?

Deze financieringslogica dwingt universiteiten om hun ULLL-aanbod steeds meer als een economisch product te benaderen: welke opleidingen zijn rendabel, welke inspanningen betalen zich terug, hoe groot is ‘de markt’ voor een specifiek programma? Het businessmodel primeert.

Het gevolg laat zich raden: de focus verschuift naar opleidingen waarvoor een duidelijke marktvraag bestaat, en waarvoor werkgevers of professionals bereid zijn een hogere prijs te betalen. Bedrijven investeren vooral in opleidingen die op korte termijn inspelen op concrete noden op de werkvloer. Dat maakt opleidingen rond kritische reflectie, ethische vraagstukken, langetermijnperspectieven of interdisciplinair denken moeilijker vermarktbaar. Hetzelfde geldt voor opleidingen die inzetten op culturele, sociale of persoonlijke ontwikkeling, zonder directe link met job- of marktwaarde.

Wat zien we in de praktijk?

Als programmacoördinator bij PUC – KU Leuven Continue merk ik die marktdynamiek elke dag.
Binnen ons puur professionele opleidingsportfolio zien we aanzienlijke verschillen. Opleidingen rond cybersecurity hebben het vandaag bijvoorbeeld moeilijker dan AI-opleidingen. AI wordt in de hoofden van professionals sneller gelinkt aan een onmiddellijke ROI, terwijl cybersecurity vaker – althans in perceptie – een langetermijnfocus krijgt toegeschreven. Hetzelfde geldt helaas (nog steeds) voor alles wat met duurzaamheid te maken heeft. Zelfs binnen ons AI-aanbod merken we duidelijke verschillen op microniveau. Sterk toepassingsgerichte programma’s, zoals opleidingen rond prompting, of opleidingen die inspelen op juridische verplichtingen zoals de AI Act, trekken veel meer deelnemers dan opleidingen rond ethische AI of Sustainable AI.  De markt lijkt bovendien te vragen om korte en ‘to the point’ programma’s. Terwijl intensieve, multidisciplinaire jaaropleidingen zoals postgraduaten, die breder systeemdenken en diepere, complexere thema’s zoals slimme logistiek of duurzaam wonen en bouwen behandelen, in deze ‘snelle’ tijden moeilijker te verkopen zijn. Ook ons aanbod rond persoonlijke ontwikkeling — zoals astronomie of art view — bieden we noodgedwongen aan tegen minimale tarieven.

En de maatschappelijke opdracht?

Die bredere, academisch vormende en maatschappelijk relevante programma’s dreigen aldus op de achtergrond te raken door de druk op (directe) rendabiliteit. En precies daar wringt het.

Universiteiten hebben niet alleen een economische rol, maar ook een maatschappelijke opdracht. Ze zijn bij uitstek een plek waar niet alleen de vraag van vandaag telt, maar ook de kritische reflectie over wat de samenleving op langere termijn nodig heeft; waar de blik niet enkel gericht is op de directe arbeidsmarktwaarde van een opleiding, maar ook op de bredere vorming van kritische burgers…

Wat verwachten beleid en samenleving?

Die maatschappelijke opdracht is althans algemeen aanvaard in het kader van de traditionele kerntaken van universiteiten, zoals onderzoek en bachelor- en masteronderwijs (zie eerder: introductie). Maar hoe verhoudt ULLL zich hiertoe? Welke verwachtingen leven hierover binnen het beleid en bij de bredere samenleving?

Persoonlijk geloof ik dat het een gemiste kans zou zijn mocht een universiteit zich beperken tot puur vraaggestuurd aanbod. Universiteiten zijn meer dan ‘levenslange’ dienstverleners voor de arbeidsmarkt. Ik houd hier geen simplistisch pleidooi om meer subsidies of financiering voor ULLL — in tijden van budgettaire krapte zou dat weinig realistisch zijn.

Wél doe ik een oproep tot meer duidelijkheid. Wat zijn de beleidsverwachtingen ten aanzien ULLL — niet alleen vanuit de overheid, maar ook vanuit de samenleving? Welke visie onderschrijft men op de balans tussen economische noden en de bredere maatschappelijke opdracht van universiteiten binnen levenslang leren?

Bronnenlijst

Eucen (2024). University lifelong learning: Embracing challenges and opportunities (auteur: Paschoud, P.): https://eucen.eu https://eucen.eu/wp-content/uploads/2024/09/PParticleULLL_Sep2024.pdf

Cabus, S., et al. (2020). Multi-layered perspective on the barriers to learning participation of disadvantaged adults. International Journal of Lifelong Education, 39(5), 502-519. https://link.springer.com/article/10.1007/s40955-020-00162-3

Soltic, J., & Seynhaeve, B. (2024). Strategic stacking: The integrated modular approach to industry-driven lifelong learning. eucen Studies, 8(2), 40-55. https://eucenstudies.eucen.eu/wp-content/uploads/2024/12/04_ejull8-2_soltic_final.pdf

USBM project (2010). Organising lifelong learning: A report on university strategies and business models for lifelong learning in higher education. (auteurs: Bang, J. et al.) (https://www.researchgate.net/publication/230788421_Organising_Lifelong_Learning_A_Report_on_University_Strategies_and_Business_Models_for_Lifelong_learning_in_Higher_Education

Vlaamse Onderwijsraad (VLOR). (2021). Drempels wegwerken voor het levenslang leren in het hoger onderwijs: Advies voor het Vlaams actieplan levenslang leren. Vlaamse Onderwijsraad. https://www.vlor.be/adviezen/drempels-wegwerken-voor-het-levenslang-leren-het-hoger-onderwijs#:~:text=De%20Vlor%20legt%20een%20paar%20drempels%20bloot%20en,regering%20haar%20beleid%20inzake%20levenslang%20leren%20kan%20aanscherpen.

Vlaamse Onderwijsraad (VLOR). (2023). Microcredentials in Vlaanderen. Vlaamse Onderwijsraad. https://publicaties.vlaanderen.be/view-file/61327


[1] Ter verduidelijking: met ULLL doel ik op het formele en niet-formele opleidingsaanbod dat specifiek ontwikkeld is voor levenslang leren (LLL). Dit omvat opleidingen voor professionals, maar ook voor persoonlijke ontwikkeling, zoals bijvoorbeeld bij PUC – KU Leuven Continue. Dit aanbod is ontwikkeld voor én afgestemd op een doelpubliek dat doorgaans werk en gezinsleven combineert. Ik verwijs hier dus nadrukkelijk niet naar het flexibel openstellen van reguliere — gesubsidieerde — bachelor- of masteropleidingen via creditcontracten (tegenwoordig ook ‘microcredentials’ genaamd).