DOOR GERT MEYERS EN INE VAN HOYWEGHEN. Solidariteit is een begrip dat al lang onder ons is, zo lang dat het moeilijk wordt om duidelijk te omschrijven wat we ermee bedoelen. We moeten ons dus afvragen of we, in tijden waar er vaker dan ooit gesmeekt wordt om solidariteit, een nieuwe toekomst aan een oud concept kunnen geven. Is er plaats voor solidariteit in, door, van Europa? Hoeveel rek zit er in onze solidariteit? Vinden er belangrijke verschuivingen plaats in de manieren waarop we solidair zijn, in de manieren waarop we over solidariteit denken, en welke actoren aan solidariteit doen?
Solidariteit valt niet te vatten in één Latijnse spreuk
Rector Torfs opende deze week het academiejaar. In zijn openingsrede sprak hij over de vluchtelingencrisis, en hield hij een vurig pleidooi voor onvoorwaardelijke solidariteit. In deze blog gaan we na hoe het concept solidariteit op vele manieren wordt aangewend voor diverse pleidooien. Nu eens is het een oproep naar aanleiding van een sprekend beeld waar een singuliere hulpkreet gehoor krijgt, een andere keer wordt er ‘zonder compassie’ een politieke geheelaanpak voorgesteld. Is ‘solidariteit’ een verzamelconcept dat alle Bijbelse herderlijke taken kan samenhouden? Is het antwoorden aan singuliere hulpkreten compatibel met een verantwoordelijkheid voor het ‘algemeen belang’? ‘Omnes et Singulatim’? Of dienen we nu berekend solidair te zijn met de vluchtelingen opdat we er later baat bij zullen hebben? Moeten we kiezen tussen Omnes et Singulatim (voor iedereen en elk in het bijzonder) of Do ut des (ik geef opdat jij geeft)?
In het Europese politieke speelveld staat (het gebrek aan) solidariteit binnen, tussen, en overheen de lidstaten hoog op de agenda. Wat opvalt in deze solidariteitsclaims, is dat deze vaak meervoudig en ook tegenstrijdig zijn. In de vele discussies over de noodzaak van een uitweg uit de crisis wordt ‘solidariteit’ tevens ingeroepen als alarmbelconcept. Predik solidariteit en er wordt naar je boodschap geluisterd. Wanneer alle andere – veelal economische – argumenten niet leiden tot een oplossing, wordt een ander soort wapen ingezet: het politiek-morele wapen van “solidariteit”. ‘Solidariteit is een waarde die eigen is aan Europa’, wordt dan gesteld, ‘de Europese Unievorming is gestoeld op solidariteit’ .
Het is interessant om te na te gaan op welke wijze ‘solidariteit’ gebruikt wordt om te pleiten voor oplossingen voor urgente problemen.
Het is interessant om te na te gaan op welke wijze ‘solidariteit’ gebruikt wordt om te pleiten voor oplossingen voor urgente problemen. Er zijn verschillende actoren die solidair kunnen zijn: landen, burgers, Europa als geheel, ‘de mensheid’ . Ook kan de modaliteit van solidariteit verschillen: het kan gaan om gastvrijheid, het erkennen van mensenrechten, vergoedingen, schuldkwijtscheldingen, oude kleren die worden weggegeven, enzovoorts. De beweegredenen waarom mensen überhaupt solidair met elkaar willen of kunnen zijn, liggen ook uiteen. Er wordt vaak onderscheid gemaakt tussen morele en instrumentele motieven, ‘waarden vs. belangen’, ‘warme compassie vs. koude calculaties’.
Sociologisch onderzoek leert ons dat de motieven waarom er solidair gehandeld wordt vaak op een ingewikkelde manier met elkaar verknoopt zijn. Dat beschrijft ook De Swaan (1989) in zijn klassieke historisch-sociologische studie Zorg en de staat. De grondslag van moderne stelsels van solidariteit ligt vooral in wat hij ‘verlicht eigenbelang’ noemt. Burgers ondersteunen het systeem van de verzorgingsstaat omdat zij of hun naasten getroffen kunnen worden door tegenslagen die leiden tot werkonbekwaamheid, ziekte of inkomensverlies. Door de tijd heen zijn mensen steeds meer afhankelijk van elkaar geraakt. Daardoor kwam het beschermen van de ander tegen ziekte en werkloosheid steeds meer ten goede aan jezelf. Deze interpretatie van solidariteit als handelen voor anderen vanuit een welbegrepen of verlicht eigenbelang is voor sommigen een te zwakke interpretatie van solidariteit. Jurgen Habermas, een Duitse socioloog, bepleitte in een lezing aan onze alma mater in 2013 dat solidariteit hoe dan ook geen rekenwerk mag inhouden. Solidariteit is maar echte solidariteit wanneer de hulp die geboden wordt onvoorwaardelijk aangeboden wordt en vanuit een vorm van verbondenheid vertrekt.
We spreken over solidariteit dus laten we het over de vluchtelingenproblematiek hebben

Wanneer we geconfronteerd worden met een vluchtelingencrisis van deze omvang zien we dat solidariteit op vele manieren wordt gemobiliseerd.
In de huidige discussie rond de vluchtelingenproblematiek zien we diezelfde verstrengeling van motieven voor solidariteit terugkeren. Hierbij spelen de nieuwsmedia en de zogenaamde sociale media een belangrijke rol: door in te spelen op compassie fungeren ze als genereuze solidariteitsmachines. Emotionele foto’s en beelden mobiliseren compassie en maken dat we aangesproken worden door de hulpkreet van de Ander , die met de kleine Aylan een gelaat kreeg. Ze genereren zodoende de wil om solidair te zijn met deze groep. Tegelijkertijd appelleert de vluchtelingenproblematiek niet enkel aan ons vermogen tot compassie, we kunnen ook hier vormen van ‘verlicht eigenbelang’ terugvinden. Het argument dat we allemaal beter worden van de vluchtelingenstroom doordat onze economie erdoor versterkt wordt, is daarvan een bekende vorm. Er speelt echter nog een andere vorm van eigenbelang: we dienen ons ook af te vragen welke boodschap we uitsturen naar de rest van de wereld wanneer Europa de grenzen sluit of een pushback beleid voert. Wat zouden deze vluchtelingen van ons, het mooie Europa met haar retoriek van mensenrechten en solidariteit, nu denken? Zullen zij ons dit gedrag vergeven? Wat zijn hiervan de lange termijn implicaties? Naast een politiek van compassie speelt hier een politiek van voorzichtigheid en angst. We moeten ons afvragen welke boodschap we naar de rest van de wereld sturen wanneer we de waarden verloochenen die Europa graag aan zichzelf toeschrijft.
Datzelfde vermogen om ‘voorbij’ compassie te denken in termen van solidariteit werd ook aangesproken in de eerste ‘State of the Union’ van Europees commissievoorzitter Juncker waar hij benadrukte dat Europa een continent is van vluchtelingen – ‘Our common history is marked by millions of Europeans fleeing from religious or political persecution, from war, dictatorship, or oppression.” Ook de rector pleitte voor een visie die voorbij de emotie, de compassie en de likeability gaat. Solidair zijn met wie in nood is hoort onvoorwaardelijk te zijn. Hier wordt zodoende een perspectief verdedigd waarbij niet zozeer vanuit een voorzichtigheid, maar vanuit ‘herkenning’ in de situatie van de Ander, solidariteit wordt gemobiliseerd.
Er zou dus gepleit kunnen worden dat het tijd is voor Europa om haar oude waarden van solidariteit te verdedigen en haar echte gelaat te laten zien vanuit een politiek van voorzichtigheid maar vooral ook vanuit een herkenning van gedeelde menselijkheid. Door een concreet solidair beleid om de vluchtelingencrisis aan te pakken, kan de Europese Unie worden wat het eigenlijk altijd al had willen/kunnen/moeten zijn : een sterke politieke en sociale unie die solidariteit hoog in het vaandel draagt.
CeSO Solidarity Lecture Series: relevante vragen, sterke analyses
We staan in deze blog maar heel even stil bij de vele ladingen die ‘solidariteit’ toebedeeld krijgt en het wordt al duidelijk dat het afbakenen van het concept in een Latijnse slagzin onrecht aandoet aan de geladenheid van de problematiek. Wanneer we geconfronteerd worden met een vluchtelingencrisis van deze omvang en wanneer we zien dat solidariteit op vele manieren wordt gemobiliseerd, dienen ook de sociale wetenschappen zich hierover te buigen. We schrijven ons wat dat betreft graag in in de oproep van de rector om academische bijdragen aan deze problematiek te leveren. Gelukkig doet de sociologische discipline dit al sinds haar ontstaan in de negentiende eeuw met vragen als: Wat is solidariteit? Is solidariteit ‘anders’ wanneer het gaat over schuldkwijtschelding aan de Griekse Staat of het bedelen van kleren aan daklozen? Hoe kunnen we solidair zijn? Wat ‘doet’ solidariteit (niet)? Om deze vragen grondig te onderzoeken organiseert het Centrum voor Sociologisch Onderzoek (CeSO) voor het tweede jaar op rij de ‘CeSO Solidarity Lecture Series’ onder de noemer Solidarity in Europe: a new future for an old idea?. De rector zal de lezingenreeks op dinsdag 29 september inleiden. Wij nodigen iedereen graag uit om mee te komen luisteren en denken over solidariteit.
U ziet het al, geachte rector, U kan op ons rekenen.