Onderhandelingen brexit kunnen jaren aanslepen

DOOR MARTIJN HUYSMANS. Op 23 juni spreken de Britten zich uit over hun lidmaatschap van de Europese Unie (EU). Ofwel komt er een brexit met een lang aanslepende vechtscheiding. Maar ook zonder brexit zal het niet lang duren voor de Britten hun lidmaatschap nog maar eens willen heronderhandelen.

Geschreven door Martijn Huysmans, doctoraal onderzoeker Politieke Economie. In zijn doctoraat onderzoekt hij de politieke en economische aspecten van het beëindigen van verdragen. Hij tweet via @MartijnHuysmans.
photo

Martijn Huysmans

Dat de onderhandelingen over een brexit lang kunnen duren wordt duidelijk als we de vergelijking maken met Groenland. Op 1 februari 1985 verliet Groenland de Europese Economische Gemeenschap (EEG), de voorloper van de EU. Ongeveer drie jaar eerder hadden de inwoners van Groenland per referendum gestemd om de EEG te verlaten wegens onenigheid over visserij. Dat de onderhandelingen tot aan de effectieve uitstap van Groenland bijna drie jaar duurden, voorspelt niet veel goeds. Groenland is immers een relatief onbelangrijk overzees gebied van Denemarken, terwijl de band tussen het VK en de EU voor beide van groot belang is.

Voor de uitstap van het VK effectief wordt, moeten akkoorden worden bereikt over de handelsbetrekkingen en de arbeidsmobiliteit tussen het VK en de EU – om nog maar te zwijgen over kleinere bekommernissen zoals het lot van de ongeveer 1.000 Britse eurocraten. Om toegang te behouden tot de eengemaakte Europese markt zal Londen associatieverdragen moeten afsluiten à la Zwitserland of Noorwegen. Maar een van de motieven om te vertrekken is juist om te ontsnappen aan de Europese regels. De onderhandelingen zullen dus zeker niet eenvoudig zijn.

Embed from Getty Images

Misschien wel het belangrijkste aspect op lange termijn van het brexitdossier is de verknoping met andere dossiers. Een Britse uitstap zal de druk opvoeren op andere lidstaten om ook hun lidmaatschap van de EU in vraag te stellen. Zo kwamen er al onrustwekkende geluiden uit Nederland en Tsjechië. Ten tweede zal een brexit het Schotse onafhankelijkheidsstreven vergroten: er wordt vermoed dat Schotland zich van het VK zal afscheiden om bij de EU te blijven. Op zijn beurt zou een afscheiding van Schotland dominogevolgen hebben voor het onafhankelijkheidsstreven in Catalonië en mogelijk ook in Vlaanderen.

Moeten we dan bidden dat het VK op 23 juni zal kiezen om te blijven? Helaas zou ook dat geen mirakeloplossing zijn. De geschiedenis leert dat het dan niet lang zal duren voor de Britten opnieuw zullen willen heronderhandelen. Al in 1975, amper twee jaar na de Britse toetreding tot de EEG, werd een referendum gehouden. Uiteindelijk stemde 67 procent voor de EEG en bleef het VK. Maar toen Margaret Thatcher aan de macht kwam vroeg ze meteen “my money back” te krijgen. Thatcher, nooit te verlegen om eens met haar handtas op tafel te slaan, haalde in 1985 haar slag thuis. Het VK zou voortaan ieder jaar 66 procent van zijn nettobijdrage terugkrijgen. In februari 2016 bereikte premier David Cameron opnieuw een akkoord met Brussel, met onder andere een noodstop op sociale uitkeringen aan immigranten.

We kunnen besluiten dat het huwelijk van het VK met de EU tot nu toe verre van vlekkeloos verlopen is. Als het VK in juni beslist om te vertrekken, wacht er vermoedelijk nog een lange (v)echstscheiding met ruzie over de toekomstige handelsbetrekkingen, arbeidsmobiliteit en Schotland. Zonder brexit zal het waarschijnlijk ook niet lang duren vooraleer het VK opnieuw met de handtas op tafel slaat.

Embed from Getty Images