Zichtbaar gemaakte waarden: KU Leuven bergt beeld Leopold II op

DOOR LUC SELS. De recente gebeurtenissen in de Verenigde Staten leiden bij ons tot een hernieuwde oproep om standbeelden van Leopold II weg te halen van publieke plaatsen. In een petitie gericht tot de Stad Leuven en de Universiteit klinkt het: “Het beleid van Leopold II was een schrikbewind, gekenmerkt door dwangarbeid en repressie.”

Geschreven door Luc Sels, rector van de KU Leuven. Hij tweet via @LucSels.

Weinigen zullen deze conclusie grondig betwisten, al voegen sommigen er relativerend aan toe dat de kolonisering ook ‘veel goeds’ heeft voortgebracht. Passons. Ook in het bewuste tijdsgewricht werden de wandaden al benoemd en veroordeeld. De machthebbers van toen (niet enkel de koning, maar álle begunstigden van de exploitatie) zondigden niet in onwetendheid en zijn nooit ernstig ter verantwoording geroepen.

Het valt op dat de officiële website van ons koningshuis in de korte biografie van Leopold II louter melding maakt van de door hemzelf opgerichte onderzoekscommissie “die de verdiensten van het koninklijk beleid in Kongo erkent, maar ook wijst op wantoestanden”. Met andere woorden: de verdiensten zijn toe te schrijven aan de koning, maar het wordt in het midden gelaten of hij verantwoordelijkheid draagt voor de wantoestanden. Die blijken er gewoon te zijn.

Rector Luc Sels | © KU Leuven – Rob Stevens

Maar het thema is natuurlijk breder dan de standbeelden van Leopold II. In alle landen en culturen zijn er héél veel gebouwen en monumenten die hun oorsprong vinden in tijden waarin andere standaarden golden. In een reactie op deze oproepen stelde Jonathan Holslag in De Morgen (5/6/2020, p. 23): “In plaats van monumenten af te breken, is het lonender te bouwen aan wereldwijd historisch besef.”

De vraag is of de tegenstelling daarmee correct wordt weergegeven. Niemand betwist dat werken aan historisch besef een noodzaak is. Holslag geeft een lijst van indrukwekkende historische monumenten, zoals de piramides van Gizeh, de Mayatempels, de Borobodurtempel in Indonesië, de Taj Mahal, de Mutapa-forten in Zimbabwe, de Bayontempel, Ankor Wat. Hij illustreert zo ten overvloede dat we onmogelijk al die artefacten kunnen ‘verwijderen’ omdat ze – naar huidige standaarden – een problematische ontstaansgeschiedenis hebben.

Maar: geldt dit ook voor een buste of een standbeeld, zoals er vele honderden zijn? Volgens Van Dale is een standbeeld “een beeld, ter ere van iemand opgericht”. Dat is dus vrij ondubbelzinnig een eerbetoon. Misschien ligt de historische relevantie van zo’n artefact juist in het feit dat een gemeenschap (of haar vertegenwoordigers) ooit vonden dat ze de betreffende persoon moesten eren. Maar wordt het betreffende standbeeld louter daarom een historisch monument dat bescherming moet genieten? Moeten wij om die reden vandaag dit eerbetoon verderzetten? Om het historische feit van het eerbetoon zelf te illustreren volstaat het enkele standbeelden over te houden (bv. het beeld op het Troonplein) en daarbij sine ira et studio passende duiding aan te brengen.

Ik stel met velen vast dat Leopold II niet het soort persoonlijkheid is dat we als KU Leuven-gemeenschap een dergelijke plaats willen toekennen.

Naar aanleiding van de discussies over de vele monumenten die nog verwijzen naar de Confederatie of naar de slavernij, schreef de in Berlijn wonende Amerikaanse filosofe Susan Neiman vorig jaar in The Atlantic: “For monuments are neither just about heritage or just about hate. They are values made visible. That’s why we build memorials to some parts of history and ignore others. They embody the ideas we choose to lift up, in the hopes of reminding ourselves and our children that those ideas have been embodied by brave men and women.”

Ze merkt terecht op dat in Duitsland geen enkel monument “eer betoont” aan het nazisme. De Duitsers (zelfs ter extreemrechterzijde) beschouwen dit niet als vervalsing van de geschiedenis. Het nazisme, haar concrete manifestaties, hoe misdadig ook, alsook de bredere ontstaansgeschiedenis werden en worden grondig bestudeerd en onderwezen. Daar past geen eerbetoon meer bij. Als het bijvoorbeeld over de wederopbouw van Berlijn (inclusief Reichstag) gaat stelt ze vast: “No one, least of all a German, would claim that the renaming and rebuilding of public spaces eradicated the roots of racism. The city was not rebuilt to reflect what is, but what ought to be. Berlin’s public space represents conscious decisions about what values the reunited republic should commit itself to holding.

Een universiteit mag zich niet beperken tot symboolmaatregelen, hoe belangrijk ook.

Wat betekent dit nu voor de buste van Leopold II die in onze monumentale Universiteitsbibliotheek staat? Het antwoord is eenvoudig: we halen de buste weg. Want, in lijn met mijn betoog, moet ik concluderen dat ze geen speciale historische of artistieke waarde heeft. Ze dient niet om geschiedkundige feiten te duiden of te illustreren. Ze wordt (op dit moment) niet vergezeld van enige duiding of informatie. Ze mag daarom verondersteld worden te doen wat bustes meestal doen: een historische persoonlijkheid eren. Ik stel met velen vast dat Leopold II, alhoewel vanuit historisch oogpunt belangrijk voor ons land, niet het soort persoonlijkheid is dat we als KU Leuven-gemeenschap een dergelijke plaats willen toekennen.

Is de kous daarmee af? Neen, want een universiteit mag zich niet beperken tot symboolmaatregelen, hoe belangrijk ook. En al zeker niet tot steekvlampolitiek. Haast en spoed zijn twee woorden die zich niet verstaan met de kern van de academische opdracht. Die opdracht draait voor KU Leuven om onderzoek en onderwijs ten dienste van de maatschappij en vooral haar meest kwetsbare leden, om kritische reflectie en zorgvuldige ethische afweging, om duiding vanuit gedegen onderzoek. Duiding, daar moeten we naartoe.

Met de vele maatregelen in ons diversiteitsbeleid blijven we actief bouwen aan een waarlijk inclusieve universiteit.

Een buste van Leopold II zonder duiding van de geschiedenis die ze representeert, inclusief de wantoestanden die daar deel van uitmaken, heeft geen plaats in een universiteit. Diezelfde buste, met kritische duiding en herinnering aan de bloedsporen die koning en land in hun koloniaal verleden hebben nagelaten, kan wel een plaats hebben in diezelfde universiteit. Want het volstaat niet om enkel naar het verleden te kijken. Met de vele maatregelen in ons diversiteitsbeleid blijven we actief bouwen aan een waarlijk inclusieve universiteit.

Dus ja, de buste wordt als eerbetoon weggehaald en opgeborgen in ons depot. Samen met onze commissie academisch erfgoed, onze historici en andere relevante experten zullen we een grondige reflectie houden over hoe we de stap kunnen zetten van een niet langer te tolereren eerbetoon naar een kritische en historische duiding die ons herinnert aan donkere tijden. We zien dan wel of we de buste later terug van stal halen. Als dat gebeurt, zal het zijn in het kader van een zinvolle activiteit ter ondersteuning van “ideas we choose to lift up”.


Eén reactie

  1. De geschiedenis en de waarheid heeft haar rechten: na zestig jaar onafhankelijkheid is het geen geweldig succes. 130 jaar geleden was er stammenoorlogen, verkopen van krijgsgevangenen aan slavenhandelaars en kannibalisme. De grote mogendheden Enegland op de eerste plaats maar ook Frankrijk en Duitsland die toen reeds volop ‘koloniseerden’ deden daar niets aan. Erger Liverpool was een draaischijf van slavenhandel. Het effectief bestrijden van deze verschrikkingen door Leopold en dat dit erkend wordt door de Congolezen zelf in Congo moet wel tot nadenken stemmen. Een ernstig werk:L’état Indépendant du Congo van Guido De Weerd (édit ions Dynamedia) kan de eerlijke zoeker naar historische waarheid helpen.Enkele slogans zullen de huidige immense problemen daar niet oplossen.

    • Bedankt Luc voor de waardevolle info ! Inderdaad slogans alleen zullen het immense probleem niet zomaar in één, twee, drie oplossen. De nuance is hier eveneens op zijn plaats en terecht !

      • om een schat aan oorspronkelijke documenten vanuit iemand die jaren lang diplomaat was in Congo en Ruanda, en die de inlandse talen zeer goed zelf kende, te raadplegen :
        L’état Indépendant du Congo à la recherche de la vérité historique, ISBN 978-2-9601681-0-5
        Guido De Weerd. Iedereen die iets ernstig wil zeggen en dat boek niet gelezen heeft, denk ik hij zich best informeert en danste debat aangaat.


Reacties zijn gesloten.