Charlie Hebdo en de symbolische uiting van onze onmacht

DOOR HANNA VANDENBUSSCHE. Toen ik vorige week om een meeneemkoffie ging, wist de verkoper me trots te vertellen dat hij in zijn andere vestiging enkele exemplaren van ‘Charlie Hebdo’ te koop had. “Maar ik waarschuw u, juffrouw, ze zijn rotslecht, altijd al geweest trouwens”.

Geschreven door Hanna Vandenbussche, onderzoeker aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte.
HannaVDB-kl2

Hanna Vandenbussche

Dat de verkoper met deze domme uitspraak wou provoceren of imponeren, doet niet ter zake. Toch stemde iets in zijn woorden mij tot nadenken: het feit dat het blad momenteel in enorme oplages wordt verkocht, heeft niet noodzakelijk iets te maken met de inhoud ervan.

Wie de afgelopen twee weken om 5u in de rij stond om een Charlie Hebdo te verkrijgen, was niet geïnteresseerd in de tekeningen op zich. Wat voor figuren de overlevende tekenaar Luz ook had doen verschijnen, ze zouden op voorhand reeds als legendarisch worden beschouwd. De talrijke en verregaande analyses van de cartoons in de verschillende kranten en radioprogramma’s bleken dan ook overbodig: sinds afgelopen woensdag zou elke mogelijke spotprent uit het blad als een symbool voor vrije meningsuiting kunnen fungeren.

Een (willekeurig?) ‘symbool’ voor vrije meningsuiting

De notie van symbool kan verwijzen naar objecten of gebeurtenissen waar een culturele gemeenschap een nieuwe betekenis aan toekent. In deze context fungeren de spotprenten van Charlie Hebdo als een soort symbolische tekens die, sinds de terreuraanslag van begin januari, verwijzen naar een nieuwe betekenis die het blad voordien nooit had gekregen: vrije meningsuiting.

Het belang dat men dezer dagen hecht aan deze nieuwe betekenis van Charlie Hebdo, wordt onder meer aangetoond door de vele symbolische acties die in Frankrijk en de buurlanden hebben plaatsgevonden om het gruwelijke karakter van de gebeurtenissen te kaderen. We denken hierbij aan de verschillende optochten in de Franse steden, de beschildering van de doodskisten met cartoons tijdens de begrafenis, de verspreiding via de sociale media van de nu al legendarische uitspraak ‘Je suis Charlie’, etc.

Charlie_Hebdo_Tout_est_pardonné

Paradoxaal genoeg bestond het oorspronkelijke doel van Charlie Hebdo erin om tegen elke vorm van symboliek in te gaan. De overlevende redactieleden geven dan ook expliciet toe dat ze moeite hebben met de nieuwe symbolische lading die hun blad heeft gekregen. De onmacht waartegen zij met hun cartoons steeds op ludieke wijze hebben gestreden, is een intrinsiek ken- en waarmerk van het blad geworden.

Nog nooit kent het blad immers een grotere oplage: miljoenen exemplaren worden verspreid en vertaald in verschillende landen. Deze exponentiële populariteit van het blad lijkt de kwaliteit van de tekeningen, die niet langer door bekende tekenaars als Charb en Wollinski werden gemaakt, te overschaduwen. Het is met andere woorden alsof er een soort kuddementaliteit is ontstaan waarbij men er alleen maar op uit is om een exemplaar van Charlie Hebdo te pakken te krijgen, zonder het daarna noodzakelijk verder te moeten bekijken of lezen.

Een uitdrukking van onze onmacht

Door het blad te kopen, lijkt het inderdaad alsof men ook tot deze gemeenschap mensen behoort die zich radicaal verzetten tegen de gruwel van de terreur. Maar dit verzet kent enkel een symbolische waarde en kan in het beste geval een soort katharsis of persoonlijke zuivering teweegbrengen. In wezen is dit verzet eigenlijk niets meer dan de uitdrukking van onze onmacht ten opzichte van het kwade. Wat de koper van het blad namelijk niet beseft, is het eerder kwetsbare en zelfs machteloze karakter van zijn aankoop: alsof het koelbloedig neerschieten van twaalf personen, waaronder vijf redactieleden, geplaatst en verzacht kan worden door de aankoop van een blad Charlie Hebdo.