Insecten eten? Veel vliegen in één klap!

DOOR JOHAN CLAES. Insecten eten komt de laatste tijd regelmatig in het nieuws, vaak vergezeld van een foto van een Aziaat of Afrikaan die een volledige sprinkhaan met smaak verorbert. Als hippe (visuele) teaser kan dat tellen. Als afschrikmiddel nog veel meer. En dat is jammer, want insecten vormen een belangrijke opportuniteit voor een duurzame voedselvoorziening!

Geschreven door Johan Claes, docent en onderzoeker aan de Lab4Food (KU Leuven Technologiecampus Geel), een multidisciplinair platform voor onderzoek over levensmiddelen. Samen met collega’s van KU Leuven en Thomas More Kempen, werkt hij actief aan de kweek van insecten en aan toepassingen in humane voeding en diervoeder
Johan Claes

Johan Claes

Insecten en overconsumptie van vlees

Insecten worden vaak voorgesteld als een belangrijke oplossing voor het voedselprobleem. Die voorstelling is echter te kort door de bocht. In onze Westerse maatschappij maakt vlees standaard deel uit van het gemiddelde dieet van de consument. Dat is goed, want dierlijke voedingsbronnen hebben de hoogste voedingswaarde door een goede aminozuursamenstelling. Ze brengen bovendien een aantal belangrijke vitamines en mineralen aan die minder of niet aanwezig zijn in plantaardige levensmiddelen. Vlees mag dus zeker deel uitmaken van een evenwichtige maaltijd, ook al is een vegetarische levensstijl perfect mogelijk met een gevarieerde voeding.

Ons huidig consumptiepatroon is echter scheef getrokken. Er wordt (veel) meer vlees gegeten dan nodig. Deze toenemende vleesvraag wordt nog versterkt door opkomende economieën zoals China. Zij beschouwen vleesconsumptie als een teken van welvaart, waardoor de wereldwijde vraag naar vlees nog verder stijgt. Het zogenaamde voedselprobleem is dus eigenlijk een vleesprobleem. Insecten als een alternatief voor je dagelijkse stuk kotelet is dus enkel symptoombestrijding van een probleem (een vleestekort) dat er eigenlijk niet hoeft te zijn. Als we met zijn allen minder vlees eten, is er geen vleesprobleem. En toch is er meer…

Hoe maken we insecten aanvaardbaar?

minipizza

Minipizza met insecten

Insecten worden in heel wat landen in Afrika, Azië en Zuid-Amerika regelmatig tot dagelijks gegeten. Ze maken er deel uit van het standaard dieet. In West-Europa heerst echter nog heel wat weerstand tegen consumptie van insecten, voornamelijk als het gaat om intacte insecten. In ons onderzoek op de KU Leuven Campus Geel, in samenwerking met Thomas More Kempen, hebben wij verschillende insectengerechten bereid en aangeboden aan een getraind testpanel en aan gewone consumenten. De insecten waren niet zichtbaar, maar de deelnemers wisten wel dat ze een product met insecten proefden (b.v. een minipizza, tortillawraps, een insectenburger, …). Telkens waren de reacties positief: het ziet er lekker uit (“zoals een gewoon gerecht”), het smaakt lekker, het schrikt niet af, … Dat bewijst het potentieel van insecten als deel van onze maaltijd, op voorwaarde dat ze op een juiste manier worden aangeboden, dus in een verwerkte (en onzichtbare) vorm. Die vaststelling is trouwens niet uniek voor insectenconsumptie. Ook voor de gewone vleesconsumptie evolueert de consument meer en meer naar “onzichtbaar” vlees, denk maar aan het vleesaanbod bij de beenhouwer: satés, gepaneerde, gemalen, gemarineerd, … een gewone biefstuk vind je nog nauwelijks.

Het echte voordeel: insecten en duurzaamheid

Maar laat ons nog wat ruimer kijken. Insecten zetten laagwaardige reststromen (groentenafval, pulp van koffiebonen, visafval, stro en zelfs mest) om naar hoogwaardig materiaal (dierlijke producten). En ze doen dit heel efficiënt, want met een beetje afval krijg je al heel wat wormen (als je ooit vliegenlarven in je vuilnisbak had, dan weet je wat ik bedoel). Bovendien kunnen insecten gekweekt worden op een kleine oppervlakte en hebben ze een lage uitstoot van broeikasgassen. Op die manier bekeken zijn het dus ideale verwerkers van reststromen.

Insecten vormen de belangrijkste opportuniteit om de voeding voor een groeiende wereldbevolking in de 21e eeuw op een duurzame manier in evenwicht te brengen met onze aarde.

De duurzaam gekweekte insecten kunnen rechtstreeks door de mens geconsumeerd worden. Maar tegelijk zijn de insecten een mogelijke eiwitbron voor klassieke landbouwhuisdieren zoals kippen, koeien en varkens. In hun voeder zijn immers ook voldoende eiwitten nodig. Tegenwoordig wordt daarvoor vooral soja gebruikt, maar dat legt een grote druk op de beschikbare landbouwgrond. Als we insecten gebruiken als eiwitbron voor mens en dier slaan we dus veel vliegen in één klap: we waarderen laagwaardig materiaal op naar hoogwaardig materiaal, we verlagen de druk op de landbouwgrond, we realiseren een hoogwaardig voeder voor de klassieke landbouwdieren en het is een goede bron van dierlijke eiwitten voor de mens.

Insecten zijn dus veel meer dan symptoombestrijding van een irrelevant probleem. Ze vormen de belangrijkste opportuniteit om de voeding (en voeder) voor een steeds groeiende wereldbevolking in de 21e eeuw op een duurzame manier in evenwicht te brengen met onze aarde. Veel vliegen in één klap!

Wil je zelf ook eens een insectenhapje proeven? Kom dan op zondag 23 november naar de Dag van de Wetenschap in het Lab4Food in Geel.


Eén reactie

  1. Pingback: Logboek – bachelorproefjoycevda


Reacties zijn gesloten.